Tekst komt op veel plaatsen op uw computer voor, zoals in vensters en dialoogvensters, op webpagina's, in Help-bestanden en in documenten. In dit hoofdstuk leert u hoe u tekst kunt lezen, selecteren en bewerken met VoiceOver.
In VoiceOver kunt u op verschillende manieren tekst lezen. U kunt de tekst woord voor woord laten voorlezen, maar ook in één keer een hele regel, zin of alinea. Daarnaast kunt u woorden en tekens volgens het telefoonalfabet laten spellen.
Als u tijdens het lezen op de Control-toets drukt, wordt het lezen onderbroken. Druk nogmaals op de toets om verder te luisteren. Als u gebruikmaakt van VoiceOver-bewegingen, tikt u met twee vingers op het trackpad.
Om de tekst woord voor woord of in één keer een hele regel, zin of alinea te laten voorlezen, drukt u op de Command-toets terwijl u een vinger op het trackpad plaatst. Herhaal deze actie totdat u de gewenste instelling hoort.
Als u de toets Pijl-omlaag gebruikt om van de ene naar de andere tekstregel te gaan, wordt de regel voorgelezen waar het invoegpunt zich bevindt. Als u op de eerste regel van een document op de toets Pijl-omlaag drukt, wordt de regel niet voorgelezen omdat het invoegpunt naar de volgende regel is verplaatst. Om de eerste regel met tekst in een document te horen, drukt u op VO + Pijl-omlaag.
Als er meer inhoud beschikbaar is dan kan worden weergegeven in een venster, kunt u naar de verborgen inhoud scrollen. Als u een VoiceOver-commando of VoiceOver-bewegingen gebruikt om naar inhoud te scrollen, hoeft u niet eerst met de inhoud te werken.
U kunt tijdens het scrollen geen andere VoiceOver-commando's gebruiken.
Druk op de pijltoetsen om omhoog en omlaag of naar links en naar rechts te scrollen.
Om met één pagina tegelijk te scrollen, drukt u op de toets Page Up of Page Down om verticaal te scrollen en op Shift + Page Up of Shift + Page Down om horizontaal te scrollen.
Er wordt een geluid afgespeeld als u niet meer verder kunt scrollen in een bepaalde richting.
In het paneel 'Trackpadcommando's' van VoiceOver-hulpprogramma kunt u een aankruisvak inschakelen zodat u omlaag of omhoog door de inhoud kunt scrollen (niet met de schuifbalk). Als u de schuifbalk normaal gesproken omlaag of omhoog verplaatst, wordt de inhoud in de tegengestelde richting verplaatst. Met deze optie wordt de inhoud in dezelfde richting verplaatst als de richting waarin u scrolt .
Wanneer u met de inhoud werkt, scrolt de VoiceOver-cursor automatisch tijdens het navigeren door de inhoud.
VoiceOver kan een waarschuwing geven als er een woord met een spelfout wordt aangetroffen.
U kunt aangeven hoeveel leestekens u wilt horen (van geen tot alles).
Het betreft hier onder andere instellingen voor toetsaanslagherhaling, leestekens en tekstkenmerken.
Alle: Alle symbolen en leestekens worden uitgesproken, behalve spaties. Dit betekent dat u een zin kunt horen als 'Ze draaide zich om en stopte komma maar toen liep ze weer verder punt'.
Meeste: Alle speciale symbolen worden uitgesproken, maar veelgebruikte leestekens zoals komma's en punten niet.
Sommige: Toetsenbordsymbolen en veel wiskundige symbolen, zoals + (plus), worden uitgesproken.
Geen: Tekst wordt op de gebruikelijke manier uitgesproken, dus alleen met pauzes voor komma's en punten.
Als u overdraagbare voorkeuren op een gastcomputer gebruikt op het moment dat u instellingen wijzigt, worden de instellingen bewaard op de schijf met overdraagbare voorkeuren en niet op de gastcomputer.
U kunt de manier veranderen waarop VoiceOver wijzigingen van wijzigingen in tekstkenmerken meldt. U kunt dit doen met een toetsenbordcommando of met VoiceOver-hulpprogramma.
Het betreft hier onder andere instellingen voor toetsaanslagherhaling, leestekens en tekstkenmerken.
U hoort ook de huidige instelling.
Om te horen wat de stijl is van de tekst bij de VoiceOver-cursor, drukt u op VO + T.
Als u overdraagbare voorkeuren op een gastcomputer gebruikt op het moment dat u instellingen wijzigt, worden de instellingen bewaard op de schijf met overdraagbare voorkeuren en niet op de gastcomputer.
U kunt een voorkeur instellen om het detailniveau te bepalen van beschrijvingen die u in dialoogvensters hoort. De standaardinstelling is dat alle tekst wordt uitgesproken.
In de Finder en in andere programma's moet u eerst het onderdeel selecteren dat u wilt gebruiken. Als u bijvoorbeeld een map wilt openen, moet u de map eerst selecteren. U kunt een VoiceOver-commando gebruiken om snel te controleren of er iets is geselecteerd en waaruit de selectie bestaat.
Druk op VO + F6. Als u gebruikmaakt van VoiceOver-bewegingen, tikt u driemaal op het trackpad.
Als er niets is geselecteerd, hoort u 'niets geselecteerd'. Als er tekst is geselecteerd, hoort u de tekst.
Als u iets niet goed hebt verstaan, kunt u de laatst uitgesproken zin laten herhalen.
Druk op VO + Z.
U kunt de zin bewaren in het klembord en als een audiobestand op het bureaublad.
U kunt tekst selecteren met behulp van de standaardtoetscombinaties van Mac OS X.
Opmerking: In VoiceOver-hulpprogramma moet dan wel zijn ingesteld dat de toetsenbordcursor en de VoiceOver-cursor elkaar volgen. U kunt de voorkeuren voor de functie 'Cursor volgen' in- en uitschakelen.
U kunt de geselecteerde tekst verwijderen met de Delete-toets. Als u geselecteerde tekst per ongeluk hebt verwijderd, gebruikt u de toetscombinatie Command + Z om de vergissing ongedaan te maken. Deze correctie werkt alleen als u de toetscombinatie direct na de vergissing gebruikt. De toetscombinatie functioneert in verschillende programma's en situaties. Het is dus de moeite waard om deze oplossing te proberen.
Als u geen tekst kunt selecteren met de standaardtoetscombinaties van Mac OS X (bijvoorbeeld in een e-mailbericht dat u hebt ontvangen), drukt u op VO + Return. Druk op VO + pijltoetsen totdat u de gewenste tekst hoort en druk vervolgens nogmaals op VO + Return. De uitgesproken tekst wordt nu gemarkeerd en geselecteerd.
Om delen van tekst te selecteren die niet naast elkaar liggen, schakelt u eerst het volgen van de cursor uit met VO + Shift + F3. Vervolgens verplaatst u de VoiceOver-cursor naar het eerste onderdeel en drukt u op VO + Command + spatiebalk. Ga naar het volgende onderdeel en druk op dezelfde toetscombinatie. Ga zo door totdat alle gewenste tekst is geselecteerd.
VoiceOver kan de tekst uitspreken die u typt. Dit wordt ook wel toetsaanslagherhaling genoemd. Deze functie is met name nuttig als u regelmatig typefouten maakt of als u een bevestiging van de getypte tekst wilt horen. Met behulp van een toetscombinatie of met VoiceOver-hulpprogramma kunt u instellen hoe ingevoerde tekst wordt herhaald. De volgende instellingen zijn beschikbaar:
Niets:De tekst die u typt, wordt niet uitgesproken.
Tekens:Elk teken dat u typt, wordt uitgesproken (de standaardinstelling).
Woorden:Het getypte woord wordt uitgesproken als u op de spatiebalk, een toets met een leesteken of de Return-toets drukt (hiermee geeft u aan dat het volledige woord is ingevoerd).
Tekens en woorden: Elk teken en elk voltooid woord wordt uitgesproken.
Het betreft hier onder andere instellingen voor leestekens, spelfouten en tekstkenmerken.
Als u overdraagbare voorkeuren op een gastcomputer gebruikt op het moment dat u instellingen wijzigt, worden de instellingen bewaard op de schijf met overdraagbare voorkeuren en niet op de gastcomputer.
Wanneer u op de Caps Lock-toets drukt, wordt dit gemeld door VoiceOver door bij elke toetsaanslag een toon te laten horen die aangeeft dat u een hoofdletter invoert. U kunt ook instellen dat VoiceOver moet melden dat de Caps Lock-toets is ingedrukt.
In sommige programma's, zoals Teksteditor, wordt een lijst met woordaanvullingen weergegeven voor gedeeltelijk ingevoerde tekst. U kunt VoiceOver gebruiken om deze lijst op te laten lezen en woordaanvullingen te selecteren.
Het geselecteerde woord vervangt de tekst die u hebt getypt.
In veel Mac OS X-programma's, zoals Teksteditor en Mail, kunt u instellen dat tijdens het typen automatisch de spelling wordt gecontroleerd. Als u een onjuist gespeld woord typt, wordt het woord onderstreept.
Soms worden woorden onderstreept die niet verkeerd zijn geschreven. Dit komt omdat deze woorden niet door de computer worden herkend. Druk in dat geval opnieuw op Command + ; totdat u een woord hoort dat wel verkeerd is gespeld.
Boven aan het menu staan suggesties voor de spelling of alternatieve woorden. Daaronder staan andere opties, zoals een woordenboek waarin u de definitie van het woord kunt opzoeken.
Als u een gecorrigeerde spelling kiest uit het menu, vervangt de nieuwe spelling de oude spelling. Als u geen geschikte correctie hoort, drukt u op de Escape-toets om het menu te sluiten. Druk vervolgens op VO + Shift + F4 om de VoiceOver-cursor op het verkeerd gespelde woord te zetten en corrigeer de fout handmatig.
Herhaal deze stappen totdat alle spelfouten zijn gecorrigeerd.
U kunt ook het paneel 'Spelling en grammatica' gebruiken. Dit paneel kunt u in de meeste programma's openen via het Wijzig-menu. Het paneel bevat aanvullende opties, bijvoorbeeld voor het kiezen van een woordenlijst. Druk op Command + Shift + ; om het paneel weer te geven.